Jef Van Staeyen

Categorie: 2020 (Pagina 8 van 22)

we reizen om te douchen ❧

douchekraan in Vermont

 

Tot 1979 wist ik niet wat een douche was. Toen ben ik met een groep jonge architecten en architectuurstudenten naar Amerika gereisd, veertien dagen architectuur en ander vermaak van New Haven tot Washington, via Long Island, New York en Philadelphia. We reden met Amerikaanse sleeën, aten ′s middags aan snacks en ′s avonds in immense baanrestaurants (diners), en logeerden in motels waar échte, kráchtige douches stonden (showers). Douches die je niet onbeschermd betrad. Tot dan kende ik alleen de lauwe regen van wat we nochtans een stortbad noemden. Ik ben van douches gaan houden, en heb de facto aan ligbaden verzaakt.

Lees verder

klassestrijd op een Belgische trein

de lage kwaliteit van een eerste klaase-rijtuig van de NMBS

Je hoort wel eens reizigers die vinden dat men “de eerste klasse in de trein moet afschaffen”. Misschien is het het woord klasse dat hen stoort, want ik heb nog niet vaak iemand gehoord die ervoor pleitte op restaurant slechts één gerecht en één drank te serveren, in alle geval aan éénzelfde prijs, of slechts één model van auto op onze wegen toe te laten. Niet het verschil in prijs en in kwaliteit is immers een maatschappelijk probleem, maar wel het verschil in inkomen om die producten of diensten te betalen, in casu een reis in eerste klasse, zo men die verkiest.

Hoe ook, de NMBS heeft dat uitstekend opgelost door in sommige van haar treinen eerste-klasse zitplaatsen te voorzien, waarvan de kwaliteit lager is dan in tweede klasse: het plafond is laag, het venster is klein, de plaatsen zijn nauw, je zit soms knie tegen knie — wat niet iedereen apprecieert —, en er is géén deur (maar wel een trapje!) voor wie gehoopt had in eerste klasse wat stiller te zitten.
Tussen Leuven en Berchem hoorde ik in Zaventem-Airport een opstappende buitenlandse reiziger die zich verwonderde of dít de eerste klasse was. Ik heb me nog afgevraagd of ik me, als landgenoot, in naam van de NMBS zou excuseren, maar de man had al zijn hielen gekeerd, en is wellicht in tweede klasse gaan zitten.

record gebroken: 3′51″70

Het viel te verwachten, het record van het pre-metro-station Zegel (3′19″84) heeft niet lang stand gehouden.
In het station Diamant (Centraal Station) realiseerde ik voor een afdaling van het trottoir op de De Keyserlei tot aan het perron op de laagste verdieping, via meerdere gangen en roltrappen, een tijd van 3′51″70. Drie minuten eenenvijftig seconden en zeventig honderdsten. Op dat perron vindt men de trams 2 naar Hoboken, 6 naar Olympiade, 9 naar Eksterlaar en 15 naar Boechout.

Ook de tijd die ik aftikte in het station Opera, klimmend ditmaal, vanaf het laagste perron (tram 10, komende van het Schoonselhof) tot op de De Keyserlei was mooi: 2′19″29. Dat is wel onder voorbehoud dat je onmiddellijk je weg vindt, want de signalisatie in Opera laat veel te wensen over. Moet je zoeken, verdubbel je makkelijk je tijd.

 

mijn beste tijd: 3′19″84

Nee, 3′19″84 is niet een of andere snelste tijd.
Het is de tijd die ik daarnet chronometreerde in het metrostation Zegel in Borgerhout, toen ik met stevige maar niet overhaaste tred van de tram op niveau -3 naar de straat stapte. Drie minuten, negentien seconden, vierentachtig honderdsten. Let wel: er was weinig of geen volk, niemand heeft me opgehouden. Toch heeft het zo lang geduurd.
In mijn tram-tekst van 2 november ergerde me ik al aan die lange, saaie wandeling langs de zalen en trappen van Zegel, maar nu heb ik cijfers. 3′19″84.
[Dat is behoorlijk langer dan een gemiddelde Beatles-song, om maar wat te zeggen. Pas in 1965, met You Won’t See Me, brachten ze een song van 3′22″. Ze hadden er toen al een tachtigtal gemaakt die korter, soms veel korter waren, en ook nadien zou de gemiddelde Beatles-song kort en krachtig blijven.]

Ter vergelijking ben ik nadien in datzelfde metrostation weer afgedaald, naar verdieping -2, waar de trams naar het centrum rijden. Dat vroeg me slechts 1′49″03.
[Nauwelijks korter dan I Wanna Be Your Man uit 1963: 1′59″. De originele Stones-versie van dat Lennon-McCartney-nummer duurde zelfs maar 1′43″. Als je bedenkt dat die gasten toen minder tijd nodig hadden voor een krachtige liefdesverklaring dan een tramreiziger van vandaag om naar bleekblauwe tegels te kijken…]

Eind vorig jaar noteerde ik ook de tijd die je aan Berchem station bezig bent als je als voetganger de Boomgaardstraat wil oversteken, en daarbij (1) de verkeersregels respecteert; (2) de pech hebt dat het allereerste licht van je traject op rood springt net voor je wil oversteken; en (3) niet rent maar stapt. Dat was 2′50″. Twee minuten en vijftig seconden. Op mijn polsuurwerk. Zodra het kruispunt van de Plantin en Moretuslei met de Ommeganckstraat is heraangelegd, ga ik ook daar naartoe.

Wie te voet gaat — en soms de tram neemt — heeft het eeuwige leven, zo lijkt het wel.

« Oudere berichten Nieuwere berichten »

© 2024 moskenes.be

Thema gemaakt door Anders NorenBoven ↑