Jef Van Staeyen

Categorie: 2021 (Pagina 12 van 12)

planschade: zou het niet correcter zijn te vergoeden wie géén bouwgrond heeft?

Het Grondwettelijk hof heeft de Vlaamse maatregel omtrent de negatieve elektriciteitsmeter vernietigd.
Wellicht is de dag niet ver dat een of andere hogere rechtbank, Belgisch of Europees, ook de Vlaamse planschadevergoeding vernietigt, omdat ze onrechtmatige verrijking creëert en het gelijkheidsbeginsel schaadt.

Hier alvast de argumenten.

1. Bouwrechten werden kosteloos toegekend. [Als er ooit voor betaald is geweest — misschien, eventueel, uitzonderlijk, wie weet? — is dat geld nooit op de goede plaats terechtgekomen.]

2. Sinds de bouwrechten kosteloos zijn toegekend, is hun waarde fors gestegen. Die stijging heeft twee oorzaken:

    • openbare bestedingen, zowel investeringen als beheer (wegen, openbaar vervoer, scholen en universiteiten, ziekenhuizen, cultuurhuizen, parken, natuurbescherming…),
    • private bestedingen van derden (woningen, winkels, bedrijven, horeca, verenigingen…).

Het gaat om dingen die je in zowat elke vastgoed-annonce leest, en die de waarde van het goed bepalen.
Het gaat om bestedingen die niet door de eigenaar van het goed zijn uitgevoerd.

3. Het gebruik van de bouwrechten (door het bouwen van één of meer woningen) creëert een aantal openbare en maatschappelijke baten en schade.
Tot de baten behoren, naargelang de site en de locatie:

    • de verruiming van de woningvoorraad,
    • fiscale opbrengsten,
    • bouwactiviteit,
    • klandizie voor allerlei lokale voorzieningen.

Tot de schade behoren, naargelang de site en de locatie:

    • onomkeerbare vernieling van landbouwgrond of natuurgebied,
    • verstoring van landbouwactiviteiten,
    • verstoring van biotopen, ecologische netwerken en biodiversiteit,
    • verstoring van de waterhuishouding,
    • verstoring van de landschappelijke waarde,
    • verstoring van de recreatieve waarde,
    • bijkomende kosten voor nutsvoorzieningen (investeringen, onderhoud en gebruik),
    • bijkomende kosten voor dienstverlening (postbedeling, bejaardenzorg, politie…),
    • verhoging van de verkeersdrukte, en de daarbij horende vervuiling, stress en onveiligheid,
    • verhoging van het energieverbruik,
    • verhoging van de uitstoot van broeikasgassen,
    • verschuiving van baten (fiscale opbrengsten, klandizie, onderhoud van de woningvoorraad, wat kan leiden tot verkrotting…).

Zoals gesteld zijn deze baten en schade zeer afhankelijk van de site en de locatie.
Wanneer het gaat om onbebouwde gronden (landbouw, natuur), die slecht gelegen zijn ten overstaan van de voorzieningen en van het openbaar vervoer — denk aan de mobiscore —, en waarvan het bebouwen (zware) schade aanbrengt aan de omgeving (landbouw, natuur, landschap, water…), is de openbare en maatschappelijke schade veel hoger dan de openbare en maatschappelijke baten.

Daarom is het redelijk dat de overheid, vooral in het geval ze planschade wil toekennen, in eerste instantie een schadevergoeding betaalt aan wie terzake wel baten creëert maar geen schade veroorzaakt, dit wil zeggen aan al wie géén bouwgrond in eigendom heeft.

Dus: planschadevergoeding voor wie geen bouwgrond heeft.

 

zeven goede redenen, en drie slechte, waarom voetgangers rode lichten negéren

(eerst geplaatst op 9 januari 2021, en vervolledigd op 31 juli 2022)

 

Als instap toch deze waarschuwing: het negéren van verkeerslichten is ook voor voetgangers een verkeersovertreding, en dus strafbaar. Soms is het ook gevaarlijk. De zeven goede redenen hierna zijn dus wel een verklaring, maar geen legitimering van het voetgangersgedrag.
Misschien kan met die zeven redenen wel rekening gehouden worden om in de toekomst voetgangersvriendelijke straten en kruispunten aan te leggen. De huidige houding ten overstaan van voetgangers is nog teveel geïnspireerd door de initiële tekst van het Verdrag van Wenen inzake het wegverkeer, van 8 november 1968, waarin voetgangers als obstakels voor een vlotte doorstroming van het auto-verkeer werden beschouwd.

vias

Vias, het vroegere Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid schreef, in “Voetgangers — Themadossier Verkeersveiligheid nr. 7” (2019), onder de titel “Oorzaken van verkeersongevallen met voetgangers”, het volgende:

Het gedrag van voetgangers wordt ook gekenmerkt door de hoge frequentie van het bewust niet-naleven van de voorrangsregels aan de oversteekplaatsen, wat vooral de ongevallen in een stadsomgeving betreft (…). Uit waarnemingen in Brussel (…), Parijs (…), Hamburg (…) en de 9 meeste bevolkte steden van België (Diependaele, 2015) is gebleken dat ongeveer 20% van de voetgangers oversteken bij rood licht, wat geen verband lijkt te houden met de percentages van gemotoriseerde voertuigen die door het rood rijden (…). Dit percentage varieert echter gevoelig naargelang de specifieke context. Dit werd in het onderzoek van Diependaele ook aangetoond. Hij concludeerde dat er verschillende kenmerken zijn die leiden tot een toename of afname van roodlichtnegatie bij voetgangers. Uit het onderzoek bleek duidelijk dat wanneer het aantal voertuigen en voetgangers aan een oversteekplaats met verkeerslichten stijgt, de kans op roodlichtnegatie door voetgangers afnam. Omgekeerd betekent dit dat op een locatie met weinig verkeersdrukte de prevalentie met betrekking tot roodlichtnegatie zal toenemen. Ook op een locatie waar de voetganger een tram- of busbaan dient te kruisen wordt de kans op roodlichtnegatie kleiner. Roodlichtnegatie komt tot slot ook minder voor bij oversteekplaatsen waarbij de verkeerslichten uitgerust zijn met auditieve of visuele signalen. Slechte zichtbaarheid van de markeringen en drukknoppen gaan dan weer gepaard met een hogere frequentie van door het rood oversteken bij voetgangers.

Vias stelt zich echter niet de vraag waarom voetgangers zo vaak de rode lichten negéren. Daar zijn nochtans een aantal “goede” en slechte redenen voor, die het verkeersbeleid kunnen inspireren, voor meer veiligheid, comfort en leefbaarheid.

drie slechte redenen

1. zelfoverschatting
Voetgangers zijn niet alleen de meest kwetsbare, ze zijn ook de snelste en de behendigste van alle “weggebruikers” (in feite “straatgebruikers” !) — als we de ouderlingen en de jongste kinderen even buiten beschouwing laten. Geen enkele deelnemer in het verkeer kan vlugger vertrekken of stoppen, versnellen of vertragen, van richting veranderen of rechtsomkeer maken dan een voetganger. En hij neemt weinig plaats. Nog terwijl hij de situatie observeert — waarvoor hij in alle richtingen kan kijken — kan een voetganger beslissen én handelen (of liever: “voetelen”). Dat doet geen andere weggebruiker hem na, voor wie het handelen altijd na het beslissen en het beslissen na het observeren komt. Stelt een voetganger vast dat hij zich vergist, corrigeert hij zich onmiddellijk: hij versnelt, gaat wat opzij, of keert terug. Maar soms overschat hij zich.

2. de nukken van het weer
Samen met de fietsers en veel meer dan de automobilisten zijn de voetgangers onderworpen aan de nukken van het weer. Het is niet aangenaam langer dan nodig buiten te blijven, en te wachten tot het rode licht groen wordt. Komt daar soms bij dat wachtende voetgangers geconfronteerd worden met:
– het opspattende water van de plassen op de rijweg,
– de sneeuw of de smeltende sneeuw die op het voetpad niet of slechts veel later wordt geruimd, of zelfs van de rijweg op het voetpad wordt geduwd.

3. onoplettendheid (praten, bellen, lezen, dromen…), haast (een aankomende tram of bus), onwilligheid (en de wetenschap geen nummerplaat te dragen).

zeven goede redenen

1. meerdere oversteekbewegingen om één straat over te steken
Vaak moeten voetgangers op eenzelfde kruispunt twee of drie (of zelfs meer) oversteekbewegingen maken, die elk afzonderlijk van verkeerslichten zijn voorzien, zelfs al willen zij maar één rijweg oversteken. Automobilisten moeten slechts zeer zelden op één kruispunt meerdere verkeerslichten met achtereenvolgende wachttijden respecteren.
Zelfs op zeer recent aangelegde kruispunten ziet men dat sommige bewegingen ontbreken en de voetgangers verplicht worden lange omwegen met meerdere oversteekbewegingen te maken en meerdere verkeerslichten te trotseren, wat alles samengeteld zeer lange oversteektijden geeft.

(foto kruispunt Berchem station, heraangelegd in 2020)
Door het ontbreken van een zebrapad over de Boomgaardstraat (1), moeten voetgangers (die bv. van de bushalte komen) achtereenvolgens de Uitbreidingstraat (2), de Posthoflei (3) en de Statiestraat (4) oversteken — waarbij drukknoppen moeten worden bediend ! —, hetzij ongeveer 2 minuten voor een afstand van 15 meter. Achteraan is er nog een zebrapad over de Stanleystraat (5).

Bemerk ook de voetgangers voor wie het zeer smalle voetpad niet volstaat (6
).

2. de cycli van de verkeerslichten
Voor voetgangers is de kans dat zij, aan een kruispunt komende, niet moeten wachten en onmiddellijk groen licht hebben, veel lager dan voor automobilisten. De cycli van de verkeerslichten zijn afgesteld om de doorstroming van auto’s te bevorderen, niet om de voetgangers het oversteken te vergemakkelijken.

illustratie: Door op een kruispunt de groene fase voor auto’s in te korten kan de groene fase voor voetgangers worden verlengd.

3. smeekknoppen of pestknoppen
Vaak staan er drukknoppen waarmee de voetgangers bij aankomst eerst groen licht moeten vragen. Ook dit geeft extra wachttijd. Drukknoppen voor automobilisten zijn zéér zeldzaam. Bovendien weten de voetgangers vaak niet of hun groen-licht-vraag wel werd herkend, wat ook voorkomt wanneer ze, om covid-19-veiligheidsredenen, de drukknop liever met de elleboog beroeren.
  (foto Posthoflei aan Berchem station)

4. veiliger bij rood
Er zijn nogal wat kruispunten waar het veiliger is voorzichtig bij rood licht over te steken, dan (even voorzichtig) bij groen, om de eenvoudige reden dat er meer auto’s het zebrapad kruisen wanneer het licht voor de voetgangers op groen staat, dan wanneer het voor hen op rood staat.

5. afdraaiende auto’s,
en fietsen in alle richtingen

Groene verkeerslichten beschermen de voetgangers onvoldoende tegen afdraaiende auto’s, en (in alle richtingen) tegen fietsers die zelf de rode lichten negéren, of die de nieuwe borden B22 en B23 van artikel 76.3 te ruim interpreteren (en zo de voorrang van overstekende voetgangers miskennen). Vooral B23 is een kwalijke creatie, en zou in feite vermeden moeten worden telkens er een oversteekplaats voor voetgangers is.

(aanvulling juli 2022):
De verkeerslichtenregeling “vierkant groen” — die voor voetgangers soms ook “vierkant rood” betekent, wanneer ze een kruispunt diagonaal willen oversteken en daarvoor twee verkeerslichtencycli nodig hebben in plaats van één; en die abusievelijk “conflictvrij” wordt genoemd  — confronteert de bij groen licht overstekende voetgangers met aankomend fietsverkeer, dat niet geneigd is de overstekende voetgangers te respecteren.
De in Antwerpen aangebrachte borden verzwijgen overigens de overstekende voetgangers.
Kortom: hoe meer dwarsend verkeer de voetgangers bij groen licht moeten trotseren, hoe sterker de neiging wordt om bij rood licht over te steken.  Dit bord zegt niet dat er ook voetgangers zijn.

6. (te) weinig plek om te staan
De wachtplek voor voetgangers, op de hoek van een straat of op een vluchtheuvel, is vaak heel klein en oncomfortabel. Ze is onveilig, vlak naast of tussen de voorbijrijdende auto’s, vrachtwagens, bussen en fietsen, of wordt althans door de voetgangers zo ervaren. Terecht of ten onrechte zullen voetgangers oordelen dat het veiliger is om van een moment kalmte te profiteren om door het rood licht over te steken, eerder dan op de onveilige en oncomfortabele plek te blijven staan.(foto’s Luitenant Lippenslaan, Borgerhout; Mercatorstraat, Antwerpen; Mechelsesteenweg, Antwerpen; Binnensingel, Berchem)
     

7. de haltes van het openbaar vervoer
Zo komen we tot het mooie getal zeven: de haltes van het openbaar vervoer liggen vaak verspreid, zodat een overstapbeweging veel rode voetgangerslichten (of clandestiene oversteekbewegingen) vereist.
  (foto August Van de Wielelei, Deurne)

één goede reden om het niet te doen

1. kinderen

denk met en voor voetgangers, en niet langer tegen

De zeven “goede” redenen — die in feite géén goede redenen zijn, omdat het negéren van verkeerslichten ook voor voetgangers een overtreding blijft en soms gevaarlijk is — verwijzen stuk voor stuk naar de manier waarop de voetgangers bij de aanleg van straten en kruispunten, bij de bepaling van verkeerslichtencycli en, tenslotte, in het verkeersreglement (ondanks recente verbeteringen) worden miskend.
[Al mag ook niet voorbij gegaan worden aan het gedrag van sommige verkeersdeelnemers, die ervoor zorgen dat oversteken bij groen onveilig is.]

Dus: (1) verkort de oversteektrajecten, (2) creëer oversteekplaatsen waar ze ontbreken, (3) verwijder alle drukknoppen voor voetgangers (en fietsers), (4) her-teken de cycli van de verkeerslichten, (5) vermijd abusievelijk gebruik van B22 en B23-borden en van zogenaamde “vierkant-groen”-regelingen en (6) maak de straten voetganger- (en fiets-)vriendelijk, zodat er minder auto’s zijn, en ze minder plaats en voorrang eisen.


Lees ook de aanvulling: voetgangersnegatie bij VIAS. (3 februari 2021)

gezegd (en bijna gehoord) ❧

Op 4 oktober 2018 startte ik met het publiceren, op deze website, van kleine tekeningen — of cartoens — waarvan de initiële productiedatum me niet altijd bekend meer is. En waarbij wat gezegd, gedacht of geroepen wordt, belangrijk is.
Dat zijn er inmiddels meerdere tientallen geworden. Om de reeks wat overzichtelijk te houden, besliste ik de plaatjes in kleine groepjes van ongeveer twaalf te verdelen.
De volgorde is veelal chronologisch — diverse onderwerpen door elkaar — maar niet altijd, met name wanneer ik een eerdere tekening later deels hernam: het gesprek bij de bakker of de post loopt voort, en ook in de boekhandel gebeurt een en ander…
(Bovenaan dit bericht staat nog altijd de oorspronkelijke publicatiedatum, 4 oktober 2018, alhoewel de inhoud sindsdien vaak en ingrijpend gewijzigd is.)

(klik op de pijltjes die links en rechts OP de plaatjes staan — en die soms moeilijk zichtbaar zijn).


een eerste reeks

Bij de bakker, de post, de bibliotheek…
(klik op de pijltjes links en rechts — die soms moeilijk zichtbaar zijn).

arbeiders kijken
op café praten over een hometrainer met aandrijving
bakker vraagt paswoord aan klant
kan je je verzekeren tegen verzekeraars
geen papieren boeken meer in de bibliotheek
gelijk hebben of geven
een bezoek aan de post regel je op het web
postzegelautomaat
prijzen met centjes, maar geen centjes in de winkel

een tweede reeks

Omtrent het winteruur, vingerafdrukken, hashtags, veganisten…
(klik op de pijltjes — die soms moeilijk zichtbaar zijn).

politie-controle op straat ifv adres
als je de bus moet nemen om een brievenbus te vinden
privilege
winteruur en duisternis
mag men de Staat vertrouwen voor vingerafdrukken
vingerafdrukken zijn digitaal
wie is de geluksvogel
betoging van 99percent
un hashtag au temps du macarthysme
aan tafel met of zonder vegan
discussie over hoofddoekenverbod
officiële verontschuldigingen

 

Let wel: Het plaatje “White Male Privilege”, met Marrakech, dat ik in oktober 2018 heb gemaakt, werd door de actualiteit snel ingehaald — of scheefgetrokken. Het verwijst niet naar het migratiepact van de Verenigde Naties, dat eind november plots de Belgische politieke scène werd binnengehaald.


derde reeks

Het glazen plafond… wie maakt dat schoon?
(klik op de pijltjes — die soms moeilijk zichtbaar zijn).

vraag omtrent marktwerking in aanwerving
gesprek over wonen en lonen

 

Ook de twee plaatjes van maart 2019 over gevechtsvliegtuigen en over Amerikaanse bedrijven die goed presteren (twee varianten op hetzelfde thema) werden snel (of bijna onmiddellijk) achterhaald, toen op 10 maart 2019 een Boeing 737 max neerstortte, de tweede in een half jaar tijd, naar we in de kranten lazen omwille van zware conceptie- en communicatiefouten (een door de bouwer gekend gebrek dat niet aan de kopers en aan de piloten was meegedeeld).


vierde reeks

Mansplaining, en elektrische fietsen…
(klik op de pijltjes — die soms moeilijk zichtbaar zijn).

waarom moet ik nog een mening hebben

vijfde reeks

De Mechelse catechismus, ongewenste intimiteiten, en verontschuldigingen…
(klik op de pijltjes — die soms moeilijk zichtbaar zijn).


zesde reeks

Sporten, de tram, de trein, het strand…
(klik op de pijltjes — die soms moeilijk zichtbaar zijn).

 

De tekeningen aan het strand, in de tram, en met de Venetië-reizigers zijn “post-pre-corona-tekeningen”. Bedacht lang voor het uitbreken van de covid-19-epidemie, heb ik ze pas veel later uitgewerkt, beseffend dat de epidemie, en vooral de maatregelen die genomen werden om ze te bestrijden, tot een wat andere lectuur kunnen leiden dan oorspronkelijk bedoeld.
Er werd immers een strandverbod voor bezoekers ingesteld, waarbij de lokale overheden het strand voor hun inwoners reserveerden, in trams en treinen werd het aantal zitplaatsen beperkt, en naar Venetië reizen werd onmogelijk gemaakt.


zevende reeks

De nieuwe economie en de nieuwe zeden… En de oude.
(klik op de pijltjes — die soms moeilijk zichtbaar zijn).


een extraatje: QR-codes

(klik op de pijltjes — die soms moeilijk zichtbaar zijn).

 


 

wordt zeker nog vervolgd

 

Nieuwere berichten »

© 2024 moskenes.be

Thema gemaakt door Anders NorenBoven ↑